Verwarm de oven voor op 200 graden. Leg een stuk aluminiumfolie in een braadslede. Verdeel de plakjes spek of bacon over het folie. Zorg dat ze elkaar niet raken. Zet 10-15 minuten in de oven. Leg de plakjes vervolgens op een bord met keukenpapier om uit te lekken.

Kook de couscous volgens de gebruiksaanwijzing. Om eerlijk te zijn volg ik die zelf nooit op. Ik doe de couscous in een kom en giet er kokend water overheen tot een halve centimeter boven de couscous. Vervolgens dek ik de kom af en ga ik verder met de voorbereiding van de salade. Zodra ik daarmee klaar ben, roer ik met een vork de korrels los. Vaak breng ik de couscous nog op smaak met olijfolie, klontje roomboter en een snufje zout.

Verwarm een koekenpan en rooster hierin de walnoten. Haal de walnoten uit de pan.

Verwarm de pan opnieuw en wok hierin de spinazie kort in twee delen totdat deze begint te slinken. Laat even uitlekken in een vergiet en druk met de bolle kant van de lepel het vocht eruit.

Was de nectarines en snijd in plakjes. Maak een dressing van de olie, honing, mosterd en citroensap. Proef de dressing en voeg eventueel meer honing of mosterd toe naar smaak.

Meng de couscous en spinazie in een kom. Leg op een bord. Verdeel de nectarines en walnoten erover. Breek de krokante spek of bacon eroverheen. Serveer de dressing over de spinazie salade erbij.